direct naar inhoud van Artikel 39 Algemene aanduidingsregels
Plan: Bestemmingsplan Schuytgraaf 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.719-0301

Artikel 39 Algemene aanduidingsregels

39.1 Wro -zone - wijzigingsgebied
39.1.1 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening:

  • a. de begrenzing van de bestemmingen gelegen binnen de op de verbeelding aangegeven “grens gebied wijzigingsbevoegdheid 1” te wijzigen ten behoeve van het realiseren van een noordelijke ontsluiting van het verkooppunt motorbrandstoffen zonder LPG of ten behoeve van een functiewijziging ter plaatse van het baggerdepot met dien verstande dat:
    • 1. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 12 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Groen - Park" hebben verkregen;
    • 2. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 15 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Natuur" hebben gekregen;
    • 3. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 16 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Recreatie" hebben gekregen;
    • 4. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 20 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Verkeer - Wegverkeer" hebben gekregen;
  • b. de begrenzing van de bestemmingen gelegen binnen de op de verbeelding aangegeven “grens gebied wijzigingsbevoegdheid 2” te wijzigen ten behoeve van de inrichting van veld 17b, met dien verstande dat:
    • 1. na gebruikmaking van deze bevoegd¬heid het bepaalde in artikel 12 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Groen - Park" hebben verkregen;
    • 2. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 13 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "RecreatieHoreca" hebben verkregen;
    • 3. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 16 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Recreatie" hebben verkregen;
    • 4. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 27 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Wonen - Uit te werken" hebben verkregen;
  • c. de begrenzing van de bestemmingen gelegen binnen de op de verbeelding aangegeven “grens gebied wijzigingsbevoegdheid 3” te wijzigen ten behoeve van de inrichting van de velden 2 en 3 en de omliggende planstructuur, met dien verstande dat:
    • 1. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 6 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Bos" hebben verkregen;
    • 2. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 12 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Groen - Park" hebben verkregen;
    • 3. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 20 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Verkeer - Wegverkeer" hebben verkregen;
    • 4. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 21 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Water" hebben verkregen;
    • 5. na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 27 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming "Wonen - Uit te werken" hebben verkregen.

Voor het bepaalde in lid 39.1.1 sub c geldt dat de oppervlakte aan bestemming “Natuur”, “Bos”, en “Water” per wijzigingszone - Wro per saldo niet mag afnemen en waarbij tevens de centrale groenzone tussen de velden 2 en 3 zodanig ingepast moet worden dat vanaf de ringweg tussen veld 2 en veld 15 een zichtlijn ontstaat op de rand van het Veluwemassief.

  • d. de begrenzing van de bestemmingen gelegen binnen de op de verbeelding aangegeven “grens gebied wijzigingsbevoegdheid 4” te wijzigen ten behoeve van de realisatie van een parkeergarage, met dien verstande dat na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 8 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming Centrum -2 hebben verkregen alleen voor zover deze betrekking hebben op de op de verbeelding weergegeven minimale en maximale goot- en bouwhoogten;
  • e. de begrenzing van de bestemmingen gelegen binnen de op de verbeelding aangegeven “grens gebied wijzigingsbevoegdheid 5” te wijzigen ten behoeve van de uitbreiding van de bestemming Centrum – 2, met dien verstande dat na gebruikmaking van deze bevoegdheid het bepaalde in artikel 8 van deze regels van toepassing zal zijn op de gronden die bij de wijziging de bestemming Centrum -2 hebben verkregen;
39.2 Geluidzone - spoor
39.2.1 Aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding "geluidzone - spoor" zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de geluidsbelasting van de spoorweg.

39.2.2 Bouwregels
  • f. In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in de artikelen 3 tot en met 24 mogen geen nieuwe woningen en andere geluidsgevoelig gebouwen worden gebouwd binnen de “geluidzone - spoor” (55 dB contour railverkeerslawaai), tenzij wordt voldaan aan de wettelijke voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde op grond van de Wet geluidhinder.
  • g. Bebouwing binnen de “geluidzone - spoor” dient een geluidsafschermende functie te hebben.
39.3 Geluidzone - weg
39.3.1 Aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding “geluidzone - weg” zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de geluidsbelasting van de weg.

39.3.2 Bouwregels
  • a. In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in de artikelen 3 tot en met 24 mogen geen nieuwe woningen en andere geluidsgevoelig gebouwen worden gebouwd binnen de “geluidzone - weg” (48dB contour wegverkeerslawaai), tenzij wordt voldaan aan de wettelijke voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde op grond van de Wet geluidhinder.
  • b. Bebouwing binnen de “geluidzone - weg” dient een geluidsafschermende functie te hebben.
39.4 Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen 1
39.4.1 Aanduidingomschrijving

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen 1" zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de aanwezigheid van een spoorverbinding.

39.4.2 Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in de artikelen 3 tot en met 24 mogen ter plaatse van deze aanduiding geen gebouwen met een verblijfsfunctie waaronder woningen, kantoren, bedrijfsgebouwen, maatschappelijke voorzieningen functies worden gebouwd.

39.5 Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen 2
39.5.1 Aanduidingomschrijving

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding "veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen 2" zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de aanwezigheid van een spoorverbinding.

39.5.2 Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in de artikelen 3 tot en met 24 mogen geen maatschappelijke functies als scholen, woonzorgcentra en ziekenhuizen worden gebouwd. Het betreft functies die meebrengen dat niet-zelfredzame personen zich in de gebouwen ophouden.

39.6 Vrijwaringszone - straalpad
39.6.1 Aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding vrijwaringszone - straalpad zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor een straalverbinding.

39.6.2 Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in de artikelen 3 tot en met 24 mag niet hoger worden gebouwd dan de op de verbeelding aangegeven hoogte ten opzichte van NAP.

39.6.3 Afwijking van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 39.6.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits advies is verkregen van de beheerder van de straalverbinding.

39.7 Milieuzone - geurzone
39.7.1 Aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding “milieuzone - geurzone” zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de aanwezigheid van agrarische bedrijven en een rioolwaterzuiveringsinstallatie.

39.7.2 Bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in de artikelen 3 tot en met 24 mogen geen woningen of andere geurgevoelige objecten wor¬den gebouwd.

39.7.3 Afwijking van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in de lid 39.7.2 indien genoegzaam is aangetoond dat feitelijk en op grond van de juridisch vergunde situatie de belemmerende contour is opgeheven en het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van binnen of buiten het plangebied gelegen bedrijven daadwerkelijk is geëindigd, dan wel dat wordt aangetoond dat de milieuruimte van binnen en buiten het plangebied gelegen bedrijven zodanig is teruggebracht dat daarmee ter plaatse van de gebieden met de aanduiding “milieuzone -geurzone” een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd.

39.8 Other: langzaamverkeerroute
39.8.1 Aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding “other: langzaamverkeerroute” zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor hoofdroutes voor het fietsverkeer met een rijbaanbreedte van minimaal 1,50 m per rijrichting.

39.8.2 Bouwregels
  • a. In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen in de artikelen 3 tot en met 24 mogen uitsluitend in de gegeven bestemming passende bouwwerken worden gebouwd zoals bruggen, viaducten, tunnels straatmeubilair en bouwwerken ter geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer alsmede bouwwerken, geen gebouwen zijnde als lichtmasten, trolleymasten, entrees tot parkeergarages, speelvoorzieningen, windafschermende bebouwing en voorzieningen en straatmeubilair.
  • b. De hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, zoals geluidwerende voorzieningen, mag niet meer dan 4 meter, met uitzondering voor land-art waarvoor een hoogte van maximaal 25 meter wordt toegelaten.
  • c. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde als lichtmasten, trolleymasten, entrees tot parkeergarages, speelvoorzieningen, windafschermende bebouwing en voorzieningen alsmede straatmeubilair, mag ten hoogste 5 meter bedragen.
39.9 Other: Veld 1a tot en met other: veld 27
39.9.1 35.1Aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduidingen “other: veld 1a” tot en met “other: veld 27” zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de plaatsbepaling van de ligging van deze gronden, ten behoeve de regels van dit plan.

39.10 Other: Overbouwing
39.10.1 Aanduidingsomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding “Other-overbouwing” zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het realiseren van bouwwerken in de vorm van een overbouwing, passend binnen de bestemming “Centrum-1, zoals bedoeld in artikel 7.

39.10.2 Bouwregels
  • a. Op deze gronden mag uitsluitend worden gebouwd vanaf een hoogte van 4,5 meter boven peil.

b. De hoogte van bouwwerken mag maximaal 16 meter bedragen