Plan: | Bestemmingsplan Elsweide - Over het Lange Water, gedeeltelijke herziening 2010-01 |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0202.751-0201 |
Kenmerk van de Nederlandse ruimtelijke ordeningsregelgeving is dat er uitgegaan wordt van toelatingsplanologie. Een bestemmingsplan geeft aan welke functies waar zijn toegestaan en welke bebouwing opgericht mag worden. Bij het opstellen van dit bestemmingsplan zijn keuzes gemaakt over welke functies waar worden mogelijk gemaakt en is gekeken welke bebouwing stedenbouwkundig toegestaan kan worden. De bestaande situatie is hierbij het uitgangspunt.
Het is noodzakelijk dat het bestemmingsplan een compleet inzicht biedt in de bouw- en gebruiksmogelijkheden binnen het betreffende plangebied. Het bestemmingsplan is het juridische toetsingskader dat bindend is voor de burger en overheid en geeft aan wat de gewenste planologische situatie voor het plangebied is. Deze situatie kan gaandeweg de planperiode wijzigen, bijvoorbeeld door veranderd stedenbouwkundig inzicht, functiewijziging veranderingen in gebruik.
Ook ruimtelijke ontwikkelingen en vernieuwing van onder andere ruimtelijk, economisch, verkeerskundig en milieubeleid dragen bij aan de veroudering van geldende bestemmingsplannen.
Om recht te doen aan een goede ruimtelijke ordening binnen het plangebied wordt daarom aangegeven in welke situaties de bestemming wordt gekozen gelijk aan de oude bestemming (na strijdige situatie te hebben gewraakt) en in welke situaties een nieuwe bestemming wordt gegeven (positief bestemmen), waarmee de strijdige situatie wordt gelegaliseerd. Daarnaast wordt, indien van toepassing, aangegeven wanneer een strijdige situatie onder het overgangsrecht wordt gebracht.
In deze paragraaf worden de keuzes die zijn gemaakt nader onderbouwd. Hierbij zullen de bestemmingen in dezelfde volgorde als in de regels worden behandeld.
In de volgende subparagrafen worden de afzonderlijke bestemmingen die voorkomen in het bestemmingsplan besproken.
Per bestemming wordt ingegaan op:
Tot slot wordt ingegaan op het vigerend bestemmingsplan.
De bestemming Groen is toegekend aan bestaande en voorziene groenstroken aan de west- en zuidrand van het plangebied en het openbare gebied rond de woningen.
De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor groenvoorzieningen en bijbehorende voorzieningen en bouwwerken. Op deze gronden mogen uitsluitend in de gegeven bestemming passende bouwwerken (zoals speelvoorzieningen) worden gebouwd. Gebouwen zijn alleen toegestaan in de vorm van nutsvoorzieningen.
Artikel 4 Verkeer-Verblijfsgebied
De bestemming 'Verkeer-Verblijfsgebied' geldt voor woonerven, woonstraten, parkeerplaatsen, voet- en fietspaden, speelplaatsen en buurtgroen. Dit zijn dus voornamelijk wijken (30 km/uur zones) waar de verblijfsfunctie belangrijker is dan de verkeersfunctie. De inrichting van de wegen is hierop afgestemd.
De bestemming Wonen is toegekend aan de voorziene woningen, met bijbehorende collectieve tuinen, woonstraten en parkeervoorzieningen.
Binnen de bestemming Wonen komen uitsluitend aaneengebouwde woningen voor. Op de verbeelding staat met een aanduiding het maximum aantal wooneenheden aangegeven. Tevens zijn toegestaan bijbehorende voorzieningen en bouwwerken geen gebouwen zijnde. Bijgebouwen mogen niet worden gebouwd. Binnen de woonbestemming zijn praktijkruimten toegestaan. Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bestemmingsplan voor gebruik als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg.
Vergelijking met de vigerende bestemmingsplannen
In het vigerend bestemmingsplan is aan het plangebied de bestemming “Maatschappelijk” toegekend. Voor nadere informatie over deze bestemming wordt verwezen naar paragraaf 1.4 van deze toelichting. Bovendien is in het vigerend plan voorzien in een dubbelbestemming “Waarde - Archeologie”. Op basis van een archeologisch bureauonderzoek, zoals beschreven in paragraaf 5.9 van deze toelichting, is aangetoond dat het opnemen van een dergelijke bestemming niet noodzakelijk wordt geacht.