Plan: | Bestemmingsplan Schuytgraaf 2011 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0202.719-0501 |
5.1.10 Landschap en groen
Uitgangspunt voor landschap en groen is het realiseren van een samenhangende structuur waarin de kenmerken van de bodemkundige en landschappelijke karakteristiek van de Betuwe in het nieuwe stadsdeel de identiteit van de groenstructuur vormen. Daarbij gaat het om openheid in de vorm van graslanden, singels en sloten afgewisseld met bosgroepen en singelvormige beplantingen.
Voor Schuytgraaf is behoud en ontwikkeling van de oorspronkelijke landschappelijke-, cultuurhistorische en ecologische waarden en het integreren daarvan in de stedenbouwkundige opzet een randvoorwaarde. Dit wordt gedaan door het zichtbaar houden van dijken, zichtrelaties met de Veluwe, het zichtbaar houden van het oude verkavelingpatroon, het opnemen van open zones, het handhaven van bestaande beplantingen en het opnemen van markante bebouwing in de nieuwe plannen.
Een ander uitgangspunt is het clusteren van groen in grotere eenheden. De hoofdgroenstructuur is zodanig gesitueerd dat doorzichten ontstaan naar het omringende landschap. In de hoofdgroenstructuur is er een zonering van natuurlijk en cultuurlijk groen.
Bosgebied dat verdwijnt wordt elders met nieuw bos gecompenseerd. In het plan is daarmee rekening mee gehouden.
Water vormt een belangrijke drager in de landschappelijke beeldkwaliteit van de wijk, waarmee de karakteristiek van het rivierengebied en de Betuwe herkenbaar blijft. Uit de flora-inventarisatie blijkt dat de watervegetatie in delen van het plangebied van goede kwaliteit is. Voor het ontwerp van het watersysteem is een waterstroming ontwikkeld die recht doet aan een zonering in waterkwaliteit. De mogelijkheden voor de waternatuur worden daarmee versterkt. Een uitgangspunt voor de inrichting van de watergangen is het bevorderen en ontwikkelen van de waternatuur en de oevervegetatie. Het netwerk van natte natuur in het plangebied sluit ter hoogte van de Eldensche Zeeg ruimtelijk aan op het regionale netwerk van de Overbetuwe, zoals in het verleden aangegeven in het Landschapsontwikkelingsplan KAN. Het waternetwerk in de wijk biedt tevens ruimte aan watergebonden recreatie, zoals kanovaren en schaatsen. Deze routegebonden recreatie sluit via de Eldensche Zeeg aan op het te realiseren netwerk van de Overbetuwe.
De recreatieve structuur is gericht op het realiseren van speelgelegenheden in de woonomgeving en een beperkt aantal ingerichte speelplekken in de woonvelden. Ook buiten de woonomgeving wordt in het plangebied ruimte geboden voor struinroutes met speelaanleidingen ten behoeve van extensieve recreatie.
Vanuit het project plattelandsvernieuwing van de gemeente Overbetuwe is een verbetering van de recreatieve uitloopmogelijkheid vanuit de verschillende kernen van deze gemeente ontwikkeld. Daarvoor zijn voor het buitengebied van deze gemeente recreatieve routes voor wandelaars, fietsers, ruiters, en kanovaarders ontwikkelt en voor een deel inmiddels gerealiseerd. Een aantal van deze routes raakt de randen van het plangebied Schuytgraaf. De wandel- en fietsroutes vanuit de wijk Schuytgraaf zullen aansluiten op deze toeristisch en recreatieve routes buiten de wijk.
Ook de bereikbaarheid en toegankelijkheid van het groen ten behoeve van het recreatief gebruik en het creëren van dagrecreatie krijgt de aandacht.
De zandwinplas zal een beperkt extensief recreatief medegebruik krijgen zodat dit geen concurrentie aangaat met de zwemplas Rijkerswoerd. In tegenstelling tot de zandwinplas krijgt de centrale waterloop in het midden van de wijk een intensiever natuurlijk/cultuurlijk recreatief gebruik.
Een uitgangspunt bij de openbare ruimte is dat de inrichting zodanig moet zijn dat een effectief en efficiënt beheer mogelijk is. Dat dient vorm te krijgen door het clusteren van openbare functies in grotere eenheden en minimalisering van de oppervlakteverharding.