direct naar inhoud van 3.2 Ruimtelijk beleid
Plan: Bestemmingsplan Alteveer - Beethovenlaan
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.787-0201

3.2 Ruimtelijk beleid

3.2.1 Rijks-, Provinciaal- en regionaal beleid

Het nationaal ruimtelijk beleid is verwoord in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (maart 2012).

De SVIR schetst het nieuwe ruimtelijke en mobiliteitsbeleid van het rijk in het perspectief van 2028 en 2040. De SVIR markeert een trendbreuk waarbij sterk wordt ingezet op decentralisatie van het ruimtelijk beleid naar provincies en gemeenten. In de nationale ruimtelijke hoofdstructuur maakt Arnhem deel uit van één van de negen 'stedelijke regio's met een concentratie van topsectoren'; expliciet wordt 'Health Valley' in en rond Arnhem-Nijmegen genoemd en 'mode en design' in Arnhem als onderdeel van de aanwezige topsector ' Creatieve industrie'. Een 'aantrekkelijk vestigingsklimaat in en een goede internationale bereikbaarheid van de stedelijke regio's met een concentratie van topsectoren' wordt in de SVIR gemarkeerd als een nationaal belang.

Het rijk neemt een 'ladder voor duurzame verstedelijking' op in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro):

a. eerst bezien of en hoe groot de feitelijke ruimtelijke vraag is;

b. dan bezien of bestaand stedelijk gebied of bestaande bebouwing kan worden hergebruikt;

c. als nieuwbouw echt nodig is, dan een optimale (multimodale) bereikbaarheid garanderen.

Het ruimtelijk beleid van de provincie is verwoord in het Streekplan Gelderland 2005 “Kansen voor de regio”. Bij de herziening van de Wro is het streekplan opgewaardeerd tot provinciale structuurvisie. In de "Wro-agenda" is neergelegd met welke (nieuwe) instrumenten het geformuleerde beleid wordt vormgegeven. In de provinciale verordening is deze structuurvisie doorvertaald naar concrete aanwijzingen waar bestemmingsplannen aan moeten voldoen.

De provincie werkt aan een nieuwe provinciale structuurvisie. Vaststelling wordt verwacht in 2013.

Het Regionaal Plan 2005-2020 van de Stadsregio Arnhem-Nijmegen 'Werken aan een aantrekkelijke en concurrerende stadsregio in Noordwest Europa' is de opvolger van het Regionaal structuurplan 2015 uit 1998. Het regionaal plan vormt het richtinggevend kader voor beleid en uitvoering van het regionaal beleid van de stadsregio op het gebied van ruimte, mobiliteit, economie en wonen.

3.2.2 Gemeentelijk beleid

Het gebruik van de ruimte in een stad verandert voortdurend. De gemeentelijke structuurvisie is een belangrijk kader voor het beoordelen en entameren van ruimtelijke initiatieven en plannen in de stad. In januari 2012 heeft het college de nieuwe ontwerp-structuurvisie Arnhem 2020, doorkijk 2040 vrijgegeven. Deze zal naar verwachting in september 2012 worden vastgesteld door de raad.

De structuurvisie benoemt de belangrijkste principes voor het ruimtelijk ontwikkelingsperspectief van de stad en geeft een uitwerking van dit perspectief zowel naar een aantal thema's als naar gebieden in de stad, de zogenaamde 'koersgebieden'.

Ook agendeert de structuurvisie drie op te stellen structuurvisie-uitwerkingen: Stad aan de rivier, Wijkvernieuwing in Zuid, Duurzame energie.

De structuurvisie bevat een typologie van de bestaande ruimtelijke milieus in de stad met de karakteristieken die van belang zijn bij ruimtelijke ingrepen in dat milieu.

Het plangebied van het bestemmingsplan maakt deel uit van een ruimtelijk milieu, getypeerd als: "Stad van tuinwijk en landschap".

De ruimtelijke kenmerken daarvan zijn:

  • Stedelijkheid verweven met het omliggende landschap (o.a. uitwaaierende stratenpatronen in Alteveer en Malburgen);
  • Veelal orthogonaal stratenpatroon met een hiërarchische opzet (hoofdassen en secundaire straten);
  • Woningen veelal in rijen of open bouwblokken;
  • Accentuering van de hoofdassen met gestapelde bouw met de langgerekte laagbouw ertussen;
  • Veel (landschappelijk) groen in de openbare ruimte, brede groenstroken. Privé tuinen met groene erfafscheidingen (veelal liguster);
  • Bijzonder voorzieningen als kerken, scholen op strategische locaties;
  • Efficiënt bouwen, maar eentonigheid vermijden;
  • Architectuur en geworteld in traditioneel vakmanschap: Amsterdamse school, Delftse school, Nieuwe zakelijkheid. Terughoudend in ornamentiek, rode bakstenen en rode kappen.